Prostaatkanker

Prostaatkanker is een vorm van kanker dat zich bevindt in de prostaat. De prostaat ligt vlak onder de blaas, om de urinebuis en voegt voedingstoffen toe aan sperma.

Bij prostaatkanker bevinden er zich kankercellen in de prostaat. Momenteel leven er in Nederland momenteel ongeveer 85.000 mannen met de diagnose prostaatkanker. Daar komen jaarlijks duizenden mensen bij. Het is daarnaast de meest voorkomende vorm van kanker naast longkanker. De kankercellen in de prostaat zullen uiteindelijk een gezwel vormen. Dit gezwel zal voor klachten zorgen, o.a. moeilijker kunnen urineren en andere plasproblemen.

De gevolgen van prostaatkanker zijn vanzelfsprekend enorm. Hoewel de genezingskans wordt geschat op 70% en er een aantal behandelingsmogelijkheden zijn, heeft de ziekte een grote impact op de patiënt. In sommige gevallen krijgt de patiënt (zelfs na genezing) last van een depressie.

Oorzaken Prostaatkanker

Over de oorzaken van prostaatkanker is nog niet veel bekend. Wel blijkt de ziekte vaak op latere leeftijd te ontstaan. In het geval van erfelijke factoren wordt de diagnose veelal voor het 55e levensjaar gesteld en kunnen meerdere familieleden de diagnose te horen krijgen.

Naar de oorzaken wordt nog volop onderzoek gedaan. Wat echter al vast staat is dat prostaatkanker niet seksueel overdraagbaar / besmettelijk is. Wel is het belangrijk te letten op een gezonde levensstijl om de kans op de ziekte te minimaliseren.

Symptomen Prostaatkanker

De symptomen van prostaatkanker lijken op de klachten die passen bij een vergrote prostaat en staan hieronder vermeld. Let wel dat niet altijd klachten aanwezig zijn terwijl er wel sprake is van prostaatkanker. De ziekte is een langzaam groeiend proces en soms komt de diagnose pas nadat er uitzaaiingen zijn.

  • Vaker urineren
  • Pijn en ongemak bij het urineren
  • Moeite met urineren
  • Langer nadruppelen
  • Zwakkere urine-straal
  • Evt. bloed bij urine

Bovenstaande klachten kunnen echter ook gemakkelijk passen bij een urineweginfectie of vergrote prostaat.

Diagnose Prostaatkanker

Tegenwoordig is de diagnose prostaatkanker middels bloedonderzoek vast te stellen. Hoewel het resultaat uit het bloedonderzoek geen volledige garantie geeft op een juiste diagnose, kan het een goede aanwijzing zijn. Het stofje PSA, dit staat voor prostaatspecifiek antigeen, komt normaal gesproken niet tot nauwelijks voor in het bloed. Als uit bloedonderzoek blijkt dat dit stofje toch in grote hoeveelheid voor komt in het bloed, dan kan dit een aanwijzing zijn voor het bestaan van prostaatkanker.

Als de PSA-waarde in het bloed abnormaal verhoogd is, dan volgen er aanvullende onderzoeken. Enkele voorbeelden zijn:

  • CT-scan
  • MRI scan
  • Biopsie
    Bij biopsie van een prostaat worden er middels een holle naald acht kleine stukjes weefsel afgenomen van de prostaat. Uiteindelijk zal de patholoog-anatoom de structuur van de weefsels bekijken en controleren op de aanwezigheid van kankercellen

Behandeling Prostaatkanker

Als er geen uitzaaiingen zijn in het lichaam, is de kans op overleving van prostaatkanker circa 70% zo wordt geschat. Er zijn enkele behandelingsmethodes bekend in Nederland:

  • Actief wachten
    Dit klinkt wellicht tegenstrijdig, maar hieronder wordt verstaan dat de patiënt onder strikte controle blijft om te kijken hoe de ziekte zich ontwikkeld. Verder wordt er nog geen behandeling opgestart. Hiervoor wordt gekozen indien de tumor signifcant klein is en niet groeit, of mannen die verder gezond zijn, die een lage PSA-waarde hebben en bij wie slechts in enkele biopten kankercellen zijn gevonden.
  • Operatie
    Hierbij kan de gehele prostaat worden verwijderd of een zogenaamde TURP-procedure. Deze is erop gericht de plasklachten te verminderen maar hierbij wordt de tumor niet verwijderd.
  • Bestraling
    De tumor wordt bestraald om deze te reduceren en eventueel te doen laten verdwijnen.
  • Hormonale therapie
    De groei van prostaatkankercellen wordt gestimuleerd door het mannelijke geslachtshormoon testosteron. Door middel van hormoontherapie (medicatie) wordt ervoor gezorgd dat het lichaam minder dan wel geen testosteron meer aanmaakt. Hierdoor wordt de groei van de tumor belemmerd en soms gestopt.